PROGRESSIE VAN CKD BIJ T2D:
VOORTSCHRIJDEND INZICHT IN DE SCHADE
DIE WORDT AANGERICHT
DE GEVOLGEN VAN CHRONISCHE NIERSCHADE (CKD) VOOR PATIËNTEN MET TYPE 2 DIABETES (T2D) ZIJN VERREGAAND
Sinds 2019 hebben wereldwijd ongeveer 463 miljoen volwassenen tussen 20 en 79 jaar diabetes, waarvan ongeveer 90% T2D1
Tot 40% van de patiënten met T2D ontwikkelt CKD2
Patiënten met CKD in stadium 3 hebben 10x meer kans om te overlijden aan welke oorzaak dan ook (inclusief cardiovasculaire (CV) aandoeningen) dan om te progresseren naar CKD stadium 5, dialyse of niertransplantatie3*
CKD kan de levensverwachting van diabetespatiënten tot 16 jaar verkorten, vergeleken met de algemene bevolking zonder deze beide aandoeningen4
*Een Noors 10-jarig observationeel onderzoek bij patiënten met CKD stadium 3 (N=3047).3
Het risico op CV events verschijnt vroeg in het verloop van CKD bij patiënten met T2D en neemt toe met de ernst van de ziekte.5
VERGELEKEN MET T2D ALLEEN, VERHOOGT COMORBIDE NIERSCHADE DE CV-STERFTE6
CKD-PROGRESSIE KAN ERNSTIGE GEVOLGEN HEBBEN VOOR PATIËNTEN
De progressie van CKD bij T2D volgt een pad van afnemende nierfunctie, CV achteruitgang, en uiteindelijk nierschade in het eindstadium (ESRD). Zodra de nierfunctie onder een bepaalde drempel komt, krijgen patiënten te maken met de complicaties en risico's die met ESRD gepaard gaan.7,8
Ondanks de standaardbehandelingen voor ESRD (transplantatie of dialyse) zal, wanneer patiënten eenmaal ESRD hebben bereikt, ongeveer 60% in de komende 5 jaar overlijden. Orgaantekorten kunnen leiden tot beperkte transplantatie. Zelfs in het beste geval zal dialyse of transplantatie veel minder opleveren dan een natuurlijk functionerende nier, en daarom is het beschermen van de nier tegen de progressie van CKD van zeer groot belang.7,9,10
CKD: chronische nierschade; CV: cardiovasculair ESRD: nierschade in eindstadium; T2D: type 2 diabetes.
Referenties
- International Diabetes Federation. IDF Diabetes Atlas. 9th ed. Brussels; 2019. Accessed January 12, 2021. Available at: https://www.diabetesatlas.org. Return to content
- Alicic RZ, et al. Clin J Am Soc Nephrol. 2017;12(12):2032–2045. 3. Eriksen BO, et al. Kidney Int. 2006;69(2):375–382. Return to content
- Eriksen BO, et al. Kidney Int. 2006;69(2):375–382. Return to content
- Wen CP, et al. Kidney Int. 2017;92(2):388–396. Return to content
- Amod A, et al; DEVOTE Study Group. Diabetes Ther. 2020;11(1):53–70. Return to content
- Afkarian M, et al. J Am Soc Nephrol. 2013;24(2):302–308. Return to content
- Thomas MC, et al. Nat Rev Dis Primers. 2015;1. doi:10.1038/nrdp.2015.18. Return to content
- Kidney Disease: Improving Global Outcomes (KDIGO) CKD Work Group. Kidney Int Suppl. 2013;3(1):1–150. Return to content
- Breyer MD, et al. Nat Rev Drug Discov. 2016;15(8):568–588. doi:10.1038/nrd.2016.67. Return to content
- Pálsson R, et al. Adv Chronic Kidney Dis. 2014;21(3):273–280. Return to content
- Cosentino F, et al; ESC Scientific Document Group. Eur Heart J. 2020;41(2):255–323. Return to content
- Toth-Manikowski S, et al. J Diabetes Res. 2015;2015. doi:10.1155/2015/697010. Return to content
- Alicic RZ, et al. Adv Chronic Kidney Dis. 2018;25(2):181–191. Return to content
- Black LM, et al. J Histochem Cytochem. 2019;67(9):663–681. Return to content
- Kidney Disease: Improving Global Outcomes (KDIGO) Diabetes Work Group. Kidney Int. 2020;98(4S):S1–S115. Return to content
- Tuttle KR, et al. Am J Kidney Dis. 2021;77(1):94–109. Return to content